Kritisch kijken naar erfgoed

Bevlogen als altijd vertelt Dibbits over Emotienetwerken, een methode om de dynamiek rond erfgoed inzichtelijk en bespreekbaar te maken.
Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel
Onlangs nam Hester Dibbits afscheid als bijzonder hoogleraar Historische Cultuur en Educatie aan het Centrum voor Historische Cultuur (CHC) van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Deze leerstoel werd in 2014 door LKCA ingesteld en de afgelopen acht jaar door Hester bekleed. Wat heeft ze in die periode bereikt? En hoe gaat het nu verder?

Wat zijn dat, emotienetwerken?

‘Emotienetwerken is zowel een zelfstandig naamwoord als een werkwoord. Als zelfstandig naamwoord zijn het de netwerken die mensen en dingen met elkaar vormen en waar voortdurend beweging in is. Op het moment dat mensen over erfgoedobjecten – museumstukken, monumenten, rituelen, het kan eigenlijk alles zijn – in gesprek gaan, spelen er al snel allerlei gevoelens en ook belangen. Dat noemen we emotienetwerken. Alles is met elkaar verbonden en in beweging.

Emotienetwerken als werkwoord is het in beeld brengen van de veranderende gevoelens en het bevragen van die veranderingen: hoe bewegen we als we met elkaar over erfgoed in gesprek gaan?’

Hester Dibbits -
Hester Dibbits (fotograaf: AnneClaire de Breij)

Je hebt het project samen met Imagine IC opgezet. Waarom zijn jullie hiermee begonnen?

‘Heel lang was het vooral de taak van vakspecialisten om te bepalen wat erfgoed is. Maar steeds meer doet een meerstemmige omgang met erfgoed in de sector opgeld, waarbij ook niet-experts en ervaringsdeskundigen meepraten. Wat voor verschuivingen brengt dat teweeg? Met Emotienetwerken willen we op een toegankelijke manier de dynamiek rond erfgoed inzichtelijk en invoelbaar maken. We willen mensen laten ervaren dat erfgoed altijd meerdere betekenissen heeft, dat er altijd meerdere belangen en emoties aan gekoppeld zijn en dat die in onderlinge interactie kunnen veranderen. Het idee voor Emotienetwerken ontstond ruim tien jaar geleden in een samenwerking tussen het lectoraat van de Reinwardt Academie en Imagine IC. De door het LKCA ingestelde leerstoel heeft bij de doorontwikkeling van de methode een grote rol gespeeld.’

Webinar Emotienetwerken: erfgoed als werkwoord.
Disclaimer: deze video is nog niet beschikbaar met audiodescriptie/ondertiteling.

Uitgangspunt van emotienetwerken is meerstemmigheid…

‘Ja, de directe aanleiding was het UNESCO Verdrag inzake Bescherming van het Immaterieel Cultureel Erfgoed dat Nederland in 2012 heeft ondertekend. Die conventie richt zich op gemeenschappen die ‘hun eigen erfgoed’ willen beschermen of safeguarden, zoals dat in mooi Engels heet. In gesprekken over de tekst van dat verdrag kwam de vraag naar voren of het denken in termen van gemeenschappen en het bezitten van erfgoed wel voldoende recht doet aan het dynamische, gelaagde karakter van erfgoed en het gegeven dat er ook tal van culturele praktijken zijn waarvoor zich niet zo gauw een ‘eigenaar’ zal melden.

Hoe verhoudt een erfgoedgemeenschap zich tot het idee dat je een traditie ook in leven kunt houden zonder dat je je er direct persoonlijk mee verbonden voelt? En wat als je het gesprek wilt aangaan met beoefenaars van een traditie die je als problematisch beschouwt? Vanuit die gedachte kozen we voor een netwerkgerichte benadering van erfgoed.’

Hoe hebben jullie, jij vanuit de Reinwardt Academie en Marlous Willemsen vanuit Imagine IC, elkaar hierin gevonden?

‘Wij werkten al heel lang samen en waren allebei geïnteresseerd in de schurende aspecten van erfgoed. Ook deelden we een interesse in de cultuur van het dagelijks leven. Bij het Meertens Instituut, waar ik voorheen werkte, was mijn specialisatie materiële cultuur. Ik deed onderzoek naar traditionalisering en de toe-eigening van innovaties. Een term als ‘erfgoed’ werd als nogal gedateerd beschouwd.

En toen dook de term opeens overal op. Ik heb dat altijd fascinerend gevonden. Waar komt het begrip erfgoed vandaan? En hoe verhoudt dat zich tot concepten als volkscultuur en populaire cultuur? Voor mij was het gesprek over erfgoed, en de schurende kanten ervan, ingebed in een lange academische traditie van onderzoek naar de alledaagse omgang met het verleden in het heden richting de toekomst.  
Die focus op het dagelijks leven zie je ook terugkomen in de programmering van Imagine IC. Al ver voordat ik bij de Reinwardt Academie kwam en ook ver voor het instellen van mijn leerstoel, maakten we samen de tentoonstelling Van huis uit, over interieurs van verschillende generaties migrantenfamilies. Over hoe bij hen, door bepaalde hoekjes in te richten die naar het land van herkomst verwezen, in huiselijke sfeer ‘erfgoed’ werd gemaakt.’

Wat heeft de leerstoel je gebracht?

‘Het was een netwerk-leerstoel. Het idee was om een actief netwerk op te bouwen met mensen uit de academische en niet-academische wereld. Bij de Erasmus Universiteit had ik jaarlijks een aantal studenten die bij mij afstudeerden en onderzoek deden. Voor de master History of Society ontwikkelde ik het keuzevak Traveling Things, the making of Heritage in Different Educational Contexts. Daarin besprak ik met de studenten de dynamiek van erfgoedvorming. Dus: hoe wordt iets erfgoed? Welke emoties en belangen spelen daarbij een rol? Wie praten er mee? En waarom is erfgoed zo’n belangrijk thema geworden? En voor wie precies?

De leerstoel hielp bij het doen van aanvragen voor onderzoek. In 2018 kreeg ik een KIEM-beurs van NWO om te werken aan een toolkit voor professionals en academici in de wereld van cultureel erfgoed, die de abstracte begrippen uit het academische veld met de dagelijkse praktijk van het cultureel erfgoedveld verbindt. Mijn leerstoel liet zich goed combineren met mijn werk als lector Cultureel erfgoed bij de Reinwardt Academie, en activiteiten als het boegbeeldschap van de route Levend Verleden van de Nationale Wetenschapsagenda. Bij het LKCA was het Vakoverleg erfgoededucatie en de gesprekken die we daar over erfgoedwijsheid voerden belangrijk voor mijn onderzoek. Bij het vakoverleg stond men vanaf het begin open voor mijn benadering van erfgoed en het daarmee verbonden idee van erfgoedwijsheid.’

Waarom is het zo belangrijk dat we erfgoedwijs worden?

‘Analoog aan mediawijsheid is erfgoedwijsheid een competentie waarmee je kritisch naar de dynamiek rond erfgoed kunt kijken. Dat je oog hebt voor hoe mensen zich tot hun erfgoed verhouden en hoe in het gesprek een positie en een gevoel over een erfgoedobject kan veranderen.

Voor veel mensen is niet alleen dat gegeven een eyeopener, maar ook dat je net zo goed naar eigentijdse cultuurverschijnselen als ‘erfgoed’ kunt kijken. Ik vind het boeiend te zien hoe vakspecialisten, conservatoren, medewerkers van monumentenzorg en archiefinstellingen op het idee van meerstemmigheid reageren. De reacties zijn soms emotioneel. En dat is ook niet zo verwonderlijk. Ik kan mij zo goed voorstellen dat het voor een vakspecialist wennen is als opeens allemaal andere mensen in erfgoedwerk betrokken worden, maar dan op grond van heel ander soort expertises’.

Jullie methodiek slaat in de erfgoedsector erg aan. Ook internationaal…

‘Ja, het is natuurlijk heel leuk dat Emotienetwerken zo’n succes is. We besteden steeds meer aandacht aan het trainen van mensen die de emotienetwerksessies kunnen begeleiden. Stap voor stap zie je dat dat netwerk groeit en dat ook het aantal trainers, mensen die met de methode kunnen werken, toeneemt. En ondertussen blijven we de methodiek steeds verder ontwikkelen en boren we nieuwe netwerken aan.

Ook internationaal wordt Emotienetwerken steeds meer wordt gebruikt. In het Horizon-project over industrieel erfgoed Centrinno bijvoorbeeld trainen we in negen Europese steden mensen om daar te kunnen emotienetwerken. In Kopenhagen, een van de deelnemende steden, is het op stadsniveau omarmd. Dat sneeuwbaleffect, dat het een steeds groter netwerk wordt met mensen die van elkaar leren, vind ik zo mooi om te zien. Ik zou Emotienetwerken ook graag buiten de erfgoedsector willen introduceren, bij de politie, de brandweer of in ziekenhuizen, dat is mijn droom. Overal waar je met tradities te maken hebt, en met diversiteit, kan de methode waardevol zijn.’

Welke projecten lopen er nog meer?

‘Dat is een hele rij. Ik begeleid een aantal promovendi. Een van hen, Yolie Michielsen, promovenda aan de WUR, kijkt hoe ze de methodiek van emotienetwerken kan gebruiken in haar onderzoek naar eiwittransitie. We moeten meer plantaardig en minder vlees gaan eten, en daar is veel weerstand tegen. De methode kan wellicht bijdragen aan een beter inzicht in hoe dat werkt. We noemen het ons ‘gehaktbalproject’ Het thema voeding is een van de aandachtsgebieden binnen mijn lectoraat. Samen met onderzoekers van Wageningen, Universiteit Utrecht en de Protestantse Theologische Universiteit zijn we een project gestart over de rol van vlees bij religieuze feesten. Een ander aandachtsgebied is ‘Vieren en herdenken’, met het postdocproject Precaire Spanning. Judy Schagen onderzoekt in dit project de spanning rond holocaust- en slavernijherdenkingen. En dan is er nog het promotieonderzoek van Paul Ariese, dat zich richt op erfgoed, musea en religie.’

Brengt emotienetwerken mensen tot elkaar?

‘Niet per se wat betreft het onderwerp dat op tafel ligt. Bij emotienetwerken is het niet de bedoeling dat je tot een oplossing, tot consensus komt, want het gaat niet over meningen. Het is ook geen debat. Je bent onderzoekend met elkaar bezig. Wat gebeurt er met ons als we met elkaar in gesprek gaan over een object van erfgoed?

Door samen de interactie te onderzoeken, ontstaat er ruimte voor verbinding. Je hoeft de positie van de ander niet te naderen, maar je neemt er wel kennis van en dat kan verbinden. Als ik zie dat iemand over een erfgoedobject of traditie geëmotioneerd raakt, dan raakt mij dat ook. Ik heb er misschien mijn eigen gevoelens bij, maar nu zie ik ook de andere kant. We zijn allebei blij of boos, maar om andere redenen. Je kunt boos zijn omdat Zwarte Piet wordt afgeschaft en je kunt boos zijn omdat Zwarte Piet er nog steeds is. Het inzicht dat je zo’n heftige emotie met elkaar deelt kan het gesprek verder helpen.


Als follow-up van Traveling Things geeft Hester Dibbits aan de Erasmus Universiteit in de nieuwe master Applied History het vak Making Traditions. Bij de Reinwardt Academie werkt zij momenteel aan een boek waarin zij haar kijk op erfgoed bespreekt en vertelt hoe haar denken over erfgoed zich ontwikkeld heeft.

Meer lezen

Vond je dit artikel interessant?

Gemiddelde 5 / 5. totaal 3

Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)

Reacties (0)
Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel