Vijf adviezen voor burgerschap op het vmbo

Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel
Leerlingen van nu zijn echte beelddenkers: ze zijn gewend aan enorme hoeveelheden visuele prikkels. Daar kun je in het onderwijs gebruik van maken. Dus hoe maak je burgerschapsonderwijs aantrekkelijk voor vmbo-leerlingen? Door kunst en erfgoed in te zetten.

Door Sarina Hoogendam, Semih Solmaz en Annemarie Hogervorst

Dit werk van Bansky staat in de Digitale Scheurkalender

Kunstgebouw en Erfgoedhuis Zuid-Holland maakten samen de Digitale Scheurkalender Burgerschap, een gratis online tool met kant-en-klare lessen voor burgerschapsonderwijs. Aan bod komen grote thema’s als diversiteit, solidariteit, globalisering en vrijheid van meningsuiting. Ieder onderwerp wordt ingeleid met een kunstwerk en bekeken vanuit historische feiten.

De Digitale Scheurkalender Burgerschap zet cultuureducatie vakoverstijgend in. De digibordlessen zijn toe te passen tijdens mentorlessen en maatschappijleer, maar sluiten ook aan bij de vakken ckv, Nederlands, geschiedenis en aardrijkskunde. De thema’s van de Digitale Scheurkalender Burgerschap zijn gebaseerd op het curriculumvoorstel van schoolleiders en docenten dat momenteel bij de Tweede Kamer ligt.

Een groep vmbo-docenten hielp bij het ontwikkelen van de lessen. Dit zijn de vijf belangrijkste adviezen die ze meegeven.

1. Laat leerlingen naar kunst kijken

Een kunstwerk vraagt om een andere manier van kijken. Door samen naar een beeld of schilderij te kijken gebruik je je waarneming op een andere manier. Floris de Lange, hoogleraar Waarneming en Cognitie aan de Radboud Universiteit laat in het programma Grote Vragen van de VPRO zien hoe kunst je brein uitdaagt om nieuwe verbindingen te maken. Wetenschapsjournalist Mark Mieras toonde al eens hoe kunst kinderen stimuleert in de ontwikkeling van hun hersenen. Bij het Christelijk vmbo De Bossekamp van het Wellantcollege in Ottoland merken ze dat als ze de Digitale Scheurkalender Burgerschap gebruiken in de klas. Het reguliere onderwijs is vaak gericht op cognitieve vaardigheden; gericht op het hoofd. Met kunst raak je leerlingen meteen in hun hart. Dat leidt tot hele andere gesprekken.

2. Gebruik zoveel mogelijk beeld

Jongeren van generatie-Z zijn echte beelddenkers. Leerlingen van nu zijn gewend aan veel visuele prikkels. Als docenten tegen leerlingen zeggen: ‘Pak je boek maar’ dan beginnen ze al te zuchten. Bij de Digitale Scheurkalender Burgerschap hoeven ze niet eerst een tekst te lezen. De leerlingen beginnen meteen met een filmpje of een aansprekende foto. Zo zien ze in een animatie van 1,5 minuut hoe de vrijheid van meningsuiting geborgd is in de grondwet.

3. Spreek begrijpelijke taal

Je kunt met leerlingen op het vmbo even filosofische gesprekken voeren als op het vwo. Het grote verschil is dat je zorgvuldiger moet zijn in de woorden die je kiest. Kunstgebouw en Erfgoedhuis ontdekten dat bij het testen van de lessen in de klas. Bij het selecteren van videomateriaal was het taalgebruik doorslaggevend. Filmpjes die te ingewikkelde teksten hadden, kwamen niet aan. Dus die zijn weggelaten. Bij het thema ‘Diversiteit’ is ervoor gekozen om een bepaald filmpje er wel in te houden, maar te laten volgen door een quiz waarin lastige woorden als ‘stereotype’ en ‘representatie’ nog even uitgelicht worden.Voor leerlingen op het vmbo gebruik je taalniveau 1F. Wil je weten waar je op moet letten? Steunpunt Taal en Rekenen heeft een online poster gemaakt met tips om te communiceren in begrijpelijke taal.

4. Laat de jongeren van elkaar leren

Elk thema begint met een kunstwerk dat je met de leerlingen bespreekt. Hierdoor heb je sneller een open gesprek met ze. Leerlingen voelen zich vrij om hun mening te geven; in deze lessen bestaan er geen goede en foute antwoorden. Jongeren zijn volop in de fase van identiteitsvorming. De vragen en opdrachten prikkelen de leerlingen om na te denken over zichzelf, elkaar en hun omgeving.

Je wil liever dat een leerling met een afwijkende, extreme mening zich uitspreekt in een discussie.  Dan dat hij zwijgt omdat hij denkt dat hij niet geaccepteerd wordt. Juist door in gesprek te gaan kun je ook een andere kant laten zien. Deze werkvorm daagt ze uit om te reageren op elkaars denkwijze. En dat is precies wat je met burgerschapsonderwijs wil bereiken.   

5. Creëer een veilige sfeer

Het belangrijkste is een veilige sfeer creëren in de klas zodat er een open gesprek ontstaat. Dat werd ontdekt tijdens de testfase van de scheurkalender. ‘Je krijgt de vrijheid om je mening te geven. Hij denkt er zo over, zij denkt er weer anders over. Op die manier kom je echt op nieuwe ideeën’, vertelt een leerling uit een van de testklassen. 

Je moet niet bang zijn voor heftige discussies, vinden de docenten die meewerkten aan het project. Onderwijs is niet stilzitten en luisteren, zeker niet in het vmbo. Het gaat soms hard tegen hard, die vrijheid kan er zijn zolang je de grenzen bewaakt. Leerlingen mogen alles in de klas zeggen zolang ze elkaar niet beledigen. De Anne Frank Stichting geeft de training Reageren op vooroordelen en discriminatie. Hier leer je wat je kan doen als docent in situaties die over je grenzen gaan. Bijvoorbeeld als leerlingen vooroordelen hebben of haatdragende opmerkingen maken. Je oefent in het voeren van een gesprek vanuit een open houding en hoe je voorkomt dat er een-op-een-discussies ontstaan.


Geïnteresseerd in de Digitale Scheurkalender Burgerschap? De lessen zijn online te vinden via www.digitalescheurkalender.com, wachtwoord burgerschap.

Vond je dit artikel interessant?

Gemiddelde 5 / 5. totaal 8

Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)

Reacties (0)
Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel