Budget cultuureducatie per leerling PO en VO in de 35 grootste gemeenten (G35) in de periode 2013-2014

Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel
Wat is het budget voor cultuureducatie in het PO en VO in de 35 grote gemeenten? In opdracht van het LKCA onderzocht bureau Cebeon dit voor de jaren 2013 en 2014. Gemiddeld besteden rijk, provincies en gemeenten jaarlijks 30 miljoen euro in het PO en circa 5 miljoen euro in het VO.

Totaalbudget

Het totaalbudget voor cultuureducatie in het PO bedraagt gemiddeld circa 48 à 51 euro per leerling. De bandbreedte tussen gemeenten is echter groot, het kan variëren van 30 tot 80 euro per leerling. Het totaalbudget voor cultuureducatie in het VO bedraagt gemiddeld circa 12 euro per leerling. Er zijn hier maar enkele gemeenten die meer uitgeven (meer dan 15 euro per leerling). De verschillen tussen de jaren 2013 en 2014 zijn beperkt.

Meer budget in G9 dan G35

De uitgaven aan cultuureducatie in het PO per leerling zijn in de G9 hoger dan in de overige G35 (gemiddeld 55 tegen 49 euro per leerling in 2014). Een deel van dit verschil (circa 3 euro per leerling) hangt samen met het feit dat G9-gemeenten een hoger rijksbudget hebben. Het budget voor het VO is ongeveer gelijk tussen de G9 en de overige G35.

Budgetten en politieke oriëntatie

Cebeon analyseerde ook of de uitgaven aan cultuureducatie samenhangen met de samenstelling van de gemeenteraad en/of de politieke gezindte van de cultuurwethouder. Links georiënteerde gemeenten hebben hogere budgetten, met name voor het PO. Dit komt mede omdat G9-gemeenten, die een hoger (rijks)budget hebben voor cultuureducatie, eerder links zijn georiënteerd dan rechts.

Respondenten

Cebeon heeft informatie opgevraagd bij 35 gemeenten en 12 provincies. Van 30 gemeenten en 10 provincies is voldoende bruikbare informatie ontvangen. Van 5 gemeenten en 2 provincies is uiteindelijk geen (niet voldoende) bruikbare respons ontvangen. Er is relatief veel non-respons in de G4.

Vervolgonderzoek

Cebeon adviseert om ook de uitgaven bij instellingen te inventariseren, die cultuureducatie niet als primaire taak hebben, zoals musea, concertzalen, schouwburgen en archieven, evenals de bedragen die scholen aan cultuureducatie besteden, gefinancierd uit de lumpsum-uitkering. Omdat alleen de grootste 35 gemeenten en provincies zijn onderzocht, ontbreekt het zicht op de uitgaven voor cultuureducatie van overige gemeenten. 

Vond je dit artikel interessant?

Gemiddelde 0 / 5. totaal 0

Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)

Reacties (0)
Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel