Schoolbestuurders en wethouders, investeer nu in cultureel aanbod voor de jeugd!

Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel
Kunst en cultuur kwamen er tijdens de lockdowns meestal bekaaid vanaf in het onderwijs.  Na schooltijd was de ruimte voor ontplooiing eveneens beperkt. Tijd om de schade te repareren, vinden Ronald Kox en Marlies Tal. En om ons echt bewust te worden van de waarde van cultuur voor het welbevinden van de jeugd.

Dit artikel staat ook in Cultuurkrant NL 2021, nummer 3.

Jongeren in betere tijden. Foto: Flickr, Sebastiaan ten Burg

Door Marlies Tal en Ronald Kox

Het overgrote deel van de jeugd liep tijdens de coronaperiode ruim anderhalf jaar aan kunst- en cultuurdeelname mis. Immers, Nederlandse scholen zijn na de eerste scholensluiting vooral bezig geweest met het opvullen van hiaten in de vakken taal en rekenen, en veel minder met andere leergebieden zoals kunst en cultuur. Ook buiten schooltijd vielen cultuur- en welzijnsvoorzieningen weg. Zonder aanvullende maatregelen dreigt een grote groep jongeren een achterstand op te lopen op het gebied van kunst en cultuur die hun kansen in het latere leven verkleint.

Veel jongeren zijn afhankelijk van cultuureducatie op school. Natuurlijk, er zijn jongeren die kunst en cultuur van huis uit meekregen en -krijgen, maar voor een grote groep geldt dit niet. De kansen zijn niet voor iedereen gelijk, bijvoorbeeld als thuis de kennis en middelen ontbreken om voor cultuur te kiezen. Of wanneer het aanbod in de directe omgeving niet aansluit bij de behoeften. Ook bepaalt het opleidingsniveau van ouders in grote mate het belang dat zij hechten aan cultuureducatie en -participatie, wat weer op een andere manier voor ongelijkheid zorgt. Alle kinderen en jongeren hebben recht op talentontwikkeling en moeten de gelegenheid hebben om eigen keuzes te kunnen maken voor hun talentontwikkeling en vrijetijdsbesteding.  

Speciale programma’s

Om de coronaschade te repareren zette het Rijk speciale programma’s op, zoals het Deltaplan Jeugd en het Nationaal Programma Onderwijs (NPO), maar cultuureducatie en cultuurparticipatie maken niet altijd vanzelfsprekend onderdeel uit van de aanpak die scholen, gemeenten en welzijnsorganisaties voor ogen hebben. Daarom is het van belang dat iedereen die betrokken is bij de opvoeding en ontwikkeling van de jeugd zich bewust is van de waarde en de mogelijkheden van cultuur. Anders bestaat het risico dat de generatie die anderhalf jaar lang minder kans heeft gekregen zich cultureel te ontwikkelen een nog grotere achterstand oploopt.

Schoolbestuurders

Allereerst is er werk aan de winkel voor schooldirecteuren en schoolbesturen. Het is belangrijk dat zij verantwoordelijkheid nemen voor het leergebied kunst en cultuur, dat immers een verplicht onderdeel is van het curriculum. Ouders, maar ook (vak)leerkrachten mogen hen daarop aanspreken en erop wijzen dat de gelden van het NPO ook daarvoor bedoeld zijn. Daarnaast kunnen scholen cultuureducatie inzetten als interventie voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen. Helaas blijkt uit een recente peiling onder ruim 400 schoolleiders in het basisonderwijs dat slechts 36 procent van de directeuren verwacht dit te gaan doen. Bijna de helft (40 procent) geeft aan dat zij (waarschijnlijk) géén gebruik gaan maken van de meerwaarde van cultuureducatie voor het welzijn van de leerlingen.

De inzet van bevoegde vakdocenten is bij cultuureducatie belangrijk – en draagt ook nog bij aan de bestrijding van het lerarentekort. Uit recent onderzoek blijkt dat slechts een kwart van de gediplomeerde kunstvakdocenten voor de klas staat, en dat die groep ook nog eens extra uren wil werken.

Wethouders en gemeentebesturen

Maar er ligt ook een taak voor wethouders en gemeentebesturen. Zij moeten meer aandacht hebben voor het belang van cultureel aanbod voor het welbevinden van de jeugd. Stimuleer de samenwerking tussen welzijnsinstellingen, buurtwerk en culturele partners en zorg voor voldoende faciliteiten voor jeugdigen om zich breed, en dus ook cultureel, te ontwikkelen en elkaar te ontmoeten. Dat zorgt ook voor minder problemen voor en door de jeugd en, op latere leeftijd, voor meer cohesie en begrip in de buurt.

Vergeet daarbij niet dat ongeveer één op de dertien kinderen in armoede opgroeit en er dus financiële drempels moeten worden geslecht. Het Deltaplan Jeugd biedt voldoende armslag om hier stappen in te nemen, net als de budgetten voor de gemeenten binnen het NPO. Culturele partners en welzijnsinstellingen moeten de handen ineen slaan en hun gemeentebestuurders daarop aanspreken.

Geef de jeugd een stem

Tenslotte een belangrijke opdracht aan ons allen: geef de jeugd een stem! Betrek hen bij de ontwikkelingen op school en in de wijk, spreek met jeugdraden, leerlingenraden, of gewoon met de hangjongere om de hoek. Luister naar hun wensen en bied professionals de kans om hen te ondersteunen bij het realiseren van hun (culturele) idealen.

Mochten er nog eens maatregelen genomen moeten worden vanwege een volgende coronavariant, dan hopen we dat Nederland een voorbeeld wil nemen aan de Vlaamse regering. Daar koos de overheid er tijdens de lockdown juist voor om culturele voorzieningen open te houden voor een betekenisvolle tijdsbesteding.


Verder lezen:

Vond je dit artikel interessant?

Gemiddelde 4.5 / 5. totaal 2

Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)

Reacties (0)
Bijgewerkt op:
Gepubliceerd:
Deel dit artikel