‘Kunstbeoefenaars moeten kunnen genieten’
Wat is jouw opdracht als intendant amateurkunst?

‘Het is mijn taak om de amateurkunst in Lelystad duurzaam te vitaliseren en te versterken. En ik maak het zichtbaar voor anderen. Amateurkunst heeft een heel belangrijk aandeel in de verbinding tussen mensen, het samenzijn en de sociale cohesie. ’
Waarom is amateurkunst belangrijk voor Lelystad?
Lelystad is één van de jongste woonplaatsen in Nederland, zonder oude kern en oude tradities. Daarnaast is Lelystad lange tijd een forenzenstad geweest: veel mensen wonen hier, maar werken elders. Er wordt veel gedaan om Lelystad als woonstad aantrekkelijk te maken en mensen er trots op te laten zijn dat ze in Lelystad wonen. Het verenigingsleven en dus ook de amateurkunst en de kunst- en cultuureducatie spelen hierin een belangrijke rol. Verbinding, samenwerking en met elkaar iets tot stand brengen, zijn belangrijke aspecten die het wonen in Lelystad aantrekkelijk maken.
Hoe sterk en vitaal is de Lelystadse amateurkunst?
‘Er gebeurt heel veel en er worden veel activiteiten georganiseerd. Naast Kubus, waar ik onderdeel van uit maak, zijn er verschillende organisaties en amateurkunstverenigingen die ook activiteiten organiseren. We hebben een atelierroute, cultuurcafé, open podium, huiskamerfestival, jamsessies en nog veel meer. Het veld is altijd in beweging. Natuurlijk komen er organisaties bij en vallen er activiteiten weg, maar over het algemeen kun je zeggen dat het een groeiend werkveld is. Er doen zich veel mogelijkheden voor en ik moet soms echt mijn werkzaamheden inperken.’
Welke uitdagingen kom je tegen in jouw werk?
‘Net als overal in Nederland hebben ook de amateurkunstverenigingen in Lelystad last van vergrijzing en is het lastig om jongeren te werven. Voor orkesten als het Flevolands Jeugd Symfonie Orkest geldt dat niet alleen voor de muzikale bezetting, maar ook voor het werven van jong publiek. Dit is een trend die ook bij sportverenigingen te zien is. Mensen willen zich niet meer langdurig binden aan een organisatie. Samen met amateurkunstverenigingen bekijk ik hoe zij nieuwe deelnemers kunnen werven. Ik organiseer workshops, adviseer over de promotionele activiteiten en zorg ervoor dat verschillende verenigingen kunnen samenwerken. Misschien is het wel nodig om klassieke muziek meer te verbinden met pop. Dat soort dingen onderzoek ik in mijn functie.’
Weten organisaties jou goed te vinden?
Lang niet iedere amateurkunstenaar in Lelystad kent mij en mijn functie. Dat hebben we laatst nog onderzocht in verband met het tienjarig jublieum van de functie intendant amateurkunst. We wilden inzicht krijgen in de wensen en behoeften van amateurkunstenaars, maar ook weten hoe de invulling van mijn functie wordt ervaren. De meeste georganiseerde amateurkunstenaars weten mij goed te vinden en maken gebruik van mijn diensten. Ongeorganiseerde amateurkunstenaars zijn minder bekend met mijn functie, maar uit de antwoorden bleek dat zij vaak ook geen behoefte hebben aan de ondersteuning van een intendant amateurkunst. Je hoeft trouwens niet altijd te wachten op een ‘hulpvraag’. Soms kun je een organisatie of groep al een duwtje in de rug geven door hen te wijzen op de juiste ingangen. Zo heb ik de dansgroep Energetic Crew in een aantal jaren enorm zien groeien. Dat is heel bijzonder.’
‘Je hoeft niet altijd te wachten op een ‘hulpvraag’. Soms kun je een organisatie al een duwtje in de rug geven door hen te wijzen op de juiste ingangen.’
Je komt zelf ook uit de dans. Komt die ervaring van pas in je huidige werk?
‘Ik heb professioneel gedanst, lesgegeven en choreografieën gemaakt en ken daar dus alle facetten van. Ik zie het als een pre dat ik zelf weet hoe het is om op te treden. Het is altijd weer spannend en ook leuk. Ik weet ook dat een dans van vier minuten een behoorlijke inspanning met zich meebrengt: van voorbereiding tot uitvoering. In een optreden zit veel meer werk dan wat zichtbaar is voor het publiek. Voor andere kunstdisciplines is dat niet anders.’
Waar ga je je de komende tijd vooral mee bezighouden?
‘Het liefst geef ik alle disciplines tegelijkertijd evenveel aandacht, maar dat is lastig. De speerpunten en bijbehorende activiteiten verschillen per jaar. In het komende jaar richt ik mij vooral op het ondersteunen van amateurkunstactiviteiten van jongeren, het werven van leden en publiek, het stimuleren van inhoudelijke samenwerking en het vergroten van de betrokkenheid van met name beeldend kunstenaars.
Waar ik mij altijd voor wil inzetten is dat beoefenaars en amateurkunstverenigingen serieus genomen worden. Wanneer zij een podium krijgen, is het heel belangrijk dat alles organisatorisch goed geregeld is. Het gebeurt nogal eens dat een artiest later aan de beurt is dan aanvankelijk gedacht, dat een koor niet goed wordt aangekondigd, of dat iemand moet optreden en niets te drinken krijgt. Dit soort dingen kunnen veel impact hebben op de kwaliteit van een optreden. Kunstbeoefenaars moeten kunnen genieten en dat staat of valt met een goede organisatie.’
Reageer (je reactie verschijnt na goedkeuring, vanwege spam)